Dagboek van een Visserman
Enkele dagen geleden kreeg ik via Facebook een bericht van iemand die een soort van documentaire wil maken over ‘pensionado’s’ en of ik hier aan mee wilde werken. Omdat ik de 60-grens gepasseerd ben, dacht de persoon dat het misschien wel leuk zou zijn om mijn verhaal, hoe ik de jaren na m’n zestigste ga door brengen, op te tekenen.
Bij het woord pensionado’s denk ik aan ouderen die wat rondtoeren met hun boot, caravan of camper. Dat dit niet zo is en dat dit niet de bedoeling van de reportage is, bleek uit het gesprek dat we hadden naar aanleiding van het Facebook-bericht. Want van doelloos rondtoeren moet ik weinig hebben; ja, af en toe een weekje in de vakantie. Maar verder wil ik, als ik me in de toekomst net zo fit voel als nu, nog wel 20 jaar door in de visserij.
Gezondheid
Laatst, toen we voor de visafslag van Lauwersoog lagen te lossen had ik nog een gesprek over stoppen of doorgaan met Tjerk van de WL 15. Tjerk, dichter bij de 100 dan bij de 50, vist samen met z’n zoon Monte, en denkt nog lang niet aan stoppen of saneren. Beide mannen hebben de afgelopen saneringsronde voorbij laten gaan omdat het vissen nog veel te mooi is. Het enthousiasme spat er nog af als ik met ze spreek.
Maar zowel Tjerk als Monte zijn zich er ook van bewust dat gezondheid een zegening is die je moet koesteren en wat niet voor iedereen weggelegd is. Dat bleek afgelopen weekend wel toen Simon van Albert en Gees kwam te overlijden ten gevolge van botkanker. Simon woonde vroeger in Zoutkamp een paar huizen van ons af en was van mijn leeftijd. Net als ik nog vol met plannen, maar het was hem niet gegund. Het leven is niet altijd even eerlijk en kan ook behoorlijk wreed zijn.
Noordenwind
Wreed was het ook toen we maandagochtend 21 juni naar zee stoomden. De wind was noord en er stond een aardig slingertje. Alfred was thuis gebleven, omdat onze ZK 92 bij de werf NG Shipyards op de kant stond en er nog heel veel werk te doen was om alle geplande werkzaamheden te laten plaats vinden.
Peter Heinstra, die vroeger op het Lauwersmeer, een aantal jaren m’n vaste maat was en nu op het gemaal ‘de Waterwolf’ van het waterschap Noorderzijlvest werkt, kon een weekje vrij krijgen en wilde wel mee. Het is wel even wennen voor hem om te schakelen van een vaste werkvloer naar een werkvloer die stampt en slingert.
Noordenwind boven de Waddeneilanden betekent ‘dwars er in’ en dat betekent veel geslinger. Zee uit het noorden geeft een vrij korte golfslag, waarbij de golfhoogte voor het gevoel vele malen hoger is dan dat het feitelijk is. Het lukte Peter het eerste etmaal op zee niet om maar iets aan eten binnen te houden. Alleen een beetje water lukte; verder helemaal niets en de geur van koffie deed hem nog sneller over de verschansing hangen om de meeuwen te voeren.
Bodemberoering
De vangst was met deze noordelijk wind ook niet echt geweldig, hoewel ik om ons heen wel wisselende geluiden hoorde. Een aantal mensen trok al vrij vlot weg van het bestek bij de Lauwers omdat de vangsten tegenvielen en omdat de netten vol met rood haar zaten, wat weer tot gevolg had dat er soms zand in de box zit. Door de forse noordenwind en de flinke golfslag in het kustgebied in het voorafgaande weekend was er sprake geweest van een forse bodemberoering, waardoor het rood haar was los gespoeld uit het zand.
Het weer in één weekend in juni gaf meer bodemberoering dan dat de gehele garnalenvloot in de eerste helft van 2021 heeft veroorzaakt. Is dit erg? Nee, dat is niet erg. Maar het is, op het moment dat je de netten vol dood rood haar hebt, wel ontzettend lastig. Bodemberoering hoort bij een hoog dynamisch gebied zoals de Noorzeekustzone is, want het is onderdeel van het ecosysteem.
Net zoals ook de visserij, na 2.000 jaar vissen, onderdeel is van het huidige ecosysteem. De Wadden- en Noordzee zijn geen maagdelijke gebieden, waar nooit menselijke activiteiten hebben plaats gevonden, maar natuurlijke gebieden waaruit de kustbewoners al eeuwen hebben geoogst.
Borkumer Stenen
Dit oogsten wordt steeds moeilijker; niet omdat er geen vis en garnalen zijn, maar omdat de mogelijkheden om te vissen steeds verder worden beperkt door claims, die andere partijen dan de vissers, leggen op de zee. Het Noordzeeakkoord laat zien dat de visserij te weinig gewicht heeft om serieus te worden genomen. Of de visserij nou aan tafel zit of niet, de plannen die gemaakt zijn over de indeling van de Noordzee, gaan gewoon door.
Dat werd ook duidelijk tijdens een ledenvergadering (Harlingen, Lauwersoog, Zoutkamp) van de Vissersbond in Lauwersoog afgelopen vrijdag 25 juni. Door de geplande gebiedssluitingen bij de Borkumer Stenen krijgen de noordelijke garnalenvissers, naast de al eerder afgedwongen Vibeg- en VisWad-constructies, met het Noordzeeakkoord van doen. Door een ingeslopen fout in de coördinaten van het te sluiten gebied, waarbij de zuidelijke grens te ver zuid-in geschoven is, is alle ellende begonnen. Onze bestuurders die toen aan tafel zaten, hebben zitten dutten en dus niet gelijk aan de bel getrokken om deze fout te corrigeren.
Toen, na publicatie in Visserijnieuws, enkele oplettende vissers alarm sloegen, was het al te laat. En tot op heden lukt het maar niet om enige beweging te krijgen in de discussie Borkumer Stenen. Net als tijdens het Vibeg-overleg, toen de zwarte zee-eend als de te beschermen doelsoort diende, worden nu zandkokerwormen van stal gehaald. De visserij heeft een alternatief voor de zuidelijke strook van het te sluiten gebied aangeboden, maar dit heeft de minister afgewezen als zijnde onvoldoende. Te weinig gebied (2,6% te klein) en te weinig ecologische waarde.
Vooral riffen van zandkokerwormen doen het op dit moment goed bij de ngo’s en ook bij de ambtenaren van LNV. Dat zandkokerwormen vooral voorkomen in gebieden die intensief worden bevist staat haaks op het voornemen om gebieden te sluiten voor visserij ter bescherming van deze wormen. Ook vallen deze zandkokerwormen niet binnen het habitattype die men wil beschermen in het gebied Borkumer Stenen blijkt uit de, met hulp van Marnix van Stralen en Bert Keus, opgestelde reactie op de afwijzing van de door de visserij ingediende wijzigingsvoorstellen.
Al met al blijft de situatie rond dit gebied complex; door alles wat door iedereen van stal wordt gehaald om z’n gelijk te krijgen, terwijl het allemaal zo simpel is. Indien er sprake is van enige goede wil, dan kan alles binnen een ochtend geregeld worden, zodat dit pijnpunt kan worden opgelost. Te hopen is, dat gelijk met de definitieve zuidgrens van de Borkumer Stenen, ook eindelijk het zogenaamde Vibeg 2.0 kan worden ingevoerd, wat de visserij boven Groningen en Friesland wat meer lucht en ruimte geeft. Tijdens de vergadering van vrijdag werd door Durk van Tuinen van de NVB gezegd dat dit onderdeel hoogstwaarschijnlijk samen met een aangepaste kaart in het Noordzeeakkoord zal worden bekrachtigd. Geduld dus.
Lucht en ruimte hebben we nodig om te kunnen blijven vissen, om te innoveren en te investeren. Want dat hebben we altijd al gedaan en is niets nieuws. Krijn, onze stamvader van de familie Buitjes uit de 17de eeuw, viste op zeil met de zegen en met hoekwant, terwijl zoon Alfred, de elfde generatie uit het geslacht, straks met een garnalenkotter met de eisen van de huidige tijd naar zee gaat. Het is nog niet zo ver, maar langzamerhand komt de verbouwing van ZK 92 tot ZK 37 op stoom.
Op de kant
Op dit moment, in de week van Roakeldais (internationaal volksdansfestival in m’n woonplaats Warffum), staan we met de beide kotters droog bij NG Shipyards/TDL te Lauwersoog. De ‘Josina Lisa’ voor geplande werkzaamheden aan het onderwaterschip, de ‘Aldert van Thijs’ voor knippen en scheren en diverse keuringen door IL&T.
Al met al hoeven we ons niet te vervelen. Het is soms lastig om tijd en werkzaamheden te verdelen tussen beide schepen, maar ik moet zeggen dat het tot nu toe aardig lukt en dat ik iedere dag met een tevreden gevoel richting huis rijdt na weer een dag sleutelen, krabben, schuren en verven op de werf van Lauwersoog.
Henk Buitjes, ZK 37